naissance d'une vielle

Commentaires sur / Commentaar on:

Les barrages / De dwarsbalkjes

commentaires / commentaar ? contact

26/6/09 van Wim Clarijs (draailierbouwer)
www.draailierwerkplaats.nl

Ten opzichte van de waarde van de ziel ben ik het eens met de bouwer. Anders dan bij de stapel onder de kam van de viool dient de ziel onder de dwarsbalkjes (steunbalkjes) vooral als ondersteuning, als stevigheid van de klankkast als geheel.

Als bouwer van draailieren zie ik dit als volgt.

Anders dan bij om het even welk acoustisch instrument met een klankkast zien we bij de draailier een eigenaardig, tegendraads fenomeen; in het gedeelte dat de trilling zou moeten doorgeven wordt een gat gezaagd waar een eigenaardig rond wiel in moet worden geplaatst. Dwarsbalkjes moeten worden "geteroriseerd" door as en lagers....Eveneens wordt bovenop het bovenblad (waar essentiele trillingen zouden moeten worden doorgegeven) een eigenaardig toetsenbord gelijmd of geschroefd................

Conclusie; alle muziektheoretische en muziekpraktische, eeuwenoude informatie over de trilling van het bovenblad, met de funktie daarin van dwarsbalkjes en/of stapels (zielen) zijn niet zinvol toepasbaar op het fenomeen draailier!

Wat naar mijn idee (uit mijn bouwersondervinding) overblijft is deze overweging. Gezien het feit dat een draailier qua druk van de spelershand op het toetsenbord en qua trekkracht van de snaren nogal wat te verduren krijgt, dient de klankkast te worden gebouwd als een stevig huis.........of sporthal; zo veel mogelijk inhoudsvolume in de klankkast met een zo klein mogelijk gebruik van materiaal.

Dus; dun materiaal gebruiken in gebogen vormen (luitmodel!!) met spanten (lees dwarsbalkjes) en pilaren ( lees stapels/zielen) om het geheel stevigheid te bieden.

Naar mijn ondervinding is het vooral de stevigheid van de klankkast die een heldere en krachtige toon van de draailier garandeerd..........

Met groeten, naar mijn bescheiden mening,

Comme dans le violon, l'âme a une double fonction : mécanique -soutenir la table pour éviter qu'elle s'enfonce sous la (forte) pression des cordes sur le chevalet ; acoustique - elle permet de transmettre les vibrations à l'ensemble de la caisse.

Or dans la vielle, la table est coupée par la lumière de la roue, et donc la vibration ne peut se transmettre directement par la fibre du bois à la partie avant de la table... sauf si on met aussi une âme sous le barrage en bout d'axe, qui va reporter sur la partie avant de l'instrument (quelle qu'en soit la forme), la vibration que le fond aura reçu de l'àme du chevalet.

Commentaires sur / Commentaar on: Les barrages / De dwarsbalkjes commentaires / commentaar ? contact
26/6/09 de Wim Clarijs (luthier de vielle) www.draailierwerkplaats.nl En ce qui concerne la fonction de l’âme, je partage l’avis de Johan. A la différence d’une âme dans un violon, dans le cas de la vielle, l’âme sert surtout à renforcer la stabilité de la caisse de résonnance. Mon avis en tant que facteur de veille : Il y a à la différence de n’importe quel instrument acoustique dans le cas de la vielle un aspect spécifique et intrinsèquement contradictoire. L’ensemble formé par la caisse de résonnance et la table devrait transmettre de façon homogène les vibrations, mais dans le cas de la vielle nous sommes obligés de perturber cet ensemble en sciant une ouverture dans la table de résonnance pour laisser passer la roue. En plus, les barres transversales, les barrages, doivent porter l’axe avec la roue. Finalement, on colle ou visse une grande boite sur la table de résonnance, la boite à tangente. Conclusion : Toutes les théories sur la physique de vibrations, ainsi l’expérience acquise au cours des siècles pour optimiser la table résonnance sur le corps et la fonction des barres transversales ne s’appliquent pas dans le cas de la vielle ! Mon approche en tant que luthier : Il faut aussi prendre en compte la pression de la main du vielleux sur la boite à tangente, donc sur la table de résonnance, ainsi que la pression exercée par les cordes sur les différents chevalets posés sur la table. De ce fait, je conçois la caisse de résonnance avec la table comme la construction d’une « maison solide » ou plus précisément comme une « salle de sport » : prévoir un maximum de volume pour la caisse, mais en employant un minimum de matériel tout en assurant la solidité. En conséquence, j’utilise du matériel fin et courbé (comme dans le modèle dit « bateau », c.à.d. une caisse en forme de luth qui par sa forme est rigde), avec à l’intérieur une « charpente » (donc les barres transversales ou barrages) et des « pylônes » (les âmes) afin d’obtenir une structure stable. Mon expérience est que c’est surtout la solidité de la caisse de résonnance qui contribue à donner un son clair et fort. Ceci est mon modeste avis. *** Wim Clarijs Facteur de vielle	26/6/09 van Wim Clarijs (draailierbouwer) www.draailierwerkplaats.nl Ten opzichte van de waarde van de ziel ben ik het eens met de bouwer. Anders dan bij de stapel onder de kam van de viool dient de ziel onder de dwarsbalkjes (steunbalkjes) vooral als ondersteuning, als stevigheid van de klankkast als geheel. Als bouwer van draailieren zie ik dit als volgt. Anders dan bij om het even welk acoustisch instrument met een klankkast zien we bij de draailier een eigenaardig, tegendraads fenomeen; in het gedeelte dat de trilling zou moeten doorgeven wordt een gat gezaagd waar een eigenaardig rond wiel in moet worden geplaatst. Dwarsbalkjes moeten worden "geteroriseerd" door as en lagers....Eveneens wordt bovenop het bovenblad (waar essentiele trillingen zouden moeten worden doorgegeven) een eigenaardig toetsenbord gelijmd of geschroefd................ Conclusie; alle muziektheoretische en muziekpraktische, eeuwenoude informatie over de trilling van het bovenblad, met de funktie daarin van dwarsbalkjes en/of stapels (zielen) zijn niet zinvol toepasbaar op het fenomeen draailier! Wat naar mijn idee (uit mijn bouwersondervinding) overblijft is deze overweging. Gezien het feit dat een draailier qua druk van de spelershand op het toetsenbord en qua trekkracht van de snaren nogal wat te verduren krijgt, dient de klankkast te worden gebouwd als een stevig huis.........of sporthal; zo veel mogelijk inhoudsvolume in de klankkast met een zo klein mogelijk gebruik van materiaal. Dus; dun materiaal gebruiken in gebogen vormen (luitmodel!!) met spanten (lees dwarsbalkjes) en pilaren ( lees stapels/zielen) om het geheel stevigheid te bieden. Naar mijn ondervinding is het vooral de stevigheid van de klankkast die een heldere en krachtige toon van de draailier garandeerd.......... Met groeten, naar mijn bescheiden mening, Wim Clarijs draailierbouwer
	22/2/09 van Marc Reymen Ik bouw met 2 zielen: Eerste onder de dwarsbalk met kam: deze zet de trillingen over op de rug ( die overigens bij mij steeds gedubbeld wordt: zoals een dwarsbalk...) En trillen doet d rug wel : ik voel het tenminste als ik speel... Tweede ziel onder 3e dwarsbalk deze zet de trilling terug over naar het bovenblad. De tangentenkast steund bij mij slechts op de tweede dwarsbalk en staat verder los v/h klankblad. Ik geloof erin dat je op die manier ook het grootste ,anders inactieve deel v/h klankblad in trilling brengt... Dat kon ik ook zien via chladni figuren... ***Marc
4/2/09 Xavier Leclerc (luthier de vielle) http://vielles.leclerc.free.fr/ Pour la question de savoir s'il faut une deuxième âme, je pense que la réponse est : les deux... Comme dans le violon, l'âme a une double fonction : mécanique -soutenir la table pour éviter qu'elle s'enfonce sous la (forte) pression des cordes sur le chevalet ; acoustique - elle permet de transmettre les vibrations à l'ensemble de la caisse. Or dans la vielle, la table est coupée par la lumière de la roue, et donc la vibration ne peut se transmettre directement par la fibre du bois à la partie avant de la table... sauf si on met aussi une âme sous le barrage en bout d'axe, qui va reporter sur la partie avant de l'instrument (quelle qu'en soit la forme), la vibration que le fond aura reçu de l'àme du chevalet. A suivre... ***Xavier LECLERC
retour homepage