Om het wiel af te draaien heeft onze bouwer een lintzaagmachine aangepast. Op een werktafeltje zijn drie balkjes gemonteerd waarin de as met het ruwe wiel precies zoals in de dwarsbalken gemonteerd is.Een vierde latje , vastgezet met lijmklemmen , dient als steun voor de beitel.

Met een houtbeitel wordt  eerst de buitenkant gelijkgedraaid, zodat het wiel perfekt recht rond de as draait.

Daarna worden de zijkanten afgedraaid om het wiel op de juiste dikte te brengen, het krijgt ook een wat bolle vorm, daardoor zie je de verschillende fineerlagen:

Tenslotte wordt nogmaals het wrijfvlak bijgewerkt. Dit vlak is heel lichtjes schuin, om het contact met de snaren te optimaliseren:

Omdat de vezels van het hout onder verschillende hoeken werden doorgesneden, blijft het wrijfoppervlak wat ruw. Er bestaan nog oudere draailieren waarbij dit oppervlak zo gebleven is. Maar het duurt maanden van bespelen en geduldig aanbrengen van collofaan, en veel schuurwerk door de snaren zelf,  eer dergelijk oppervlak glad genoeg wordt om een aangename klank te produceren. Daarom wordt er nu meestal een boordje esdoorn  over het wrijfvlak van het wiel gelijmd, waardoor alle houtvezels in de  looprichting van het wiel liggen. Heb je opmerkingen over dit onderwerp ?

ANog een laatste keer afdraaien, en het wiel mag gemonteerd worden.

Vorige pagina

Volgende pagina


.