Een klassieke draailier heeft twee rijen toetsen: diatonische toetsen die overeenkomen met de “witte toetsen” van de piano, maar op een draailier meestal in donker hout uitgevoerd zijn, en een rij chromatische toetsen, de “zwarte toetsen” van de piano, die dikwijls in wit hout of been worden gemaakt. Elke toets is samengesteld uit een stokje dat de tangentenkast dwarst, en het gedeelte waar de vinger zal op drukken.

De bouwer begint door de tangenten uit te zagen, hier uit een plankje ebbenhout. Dit hout is zelfsmerend en dit helpt om goed te schuiven door de gaatjes in de tangentenkast. Bovendien werkt dit hout, indien het lang genoeg kon drogen, weinig, zodat de tangenten niet gaan vervormen.

De tangenten worden bijgewerkt om perfect te passen in de gaatjes van de tangentenkast: ze moeten vrij kunnen schuiven, zonder een overdaad aan speling. Onderstaande foto toont de bovenste rij , de chromatische toetsen (de stokken genummerd, want ze zijn individueel afgesteld op het bijpassende gaatje):

:

De chromatische toetsen krijgen nu een plaatje in been. Het uiteinde van de stok wordt ongeveer op maat gezaagd en dan middels een gaatje in een messing plaat rond en op de juiste diameter geschuurd.

Benen plaatjes worden op maat gezaagd, de plaats van de gaatjes afgetekend,doorboord en gelijmd.

...

De diatonische toetsen worden in een stuk gemaakt. Bovendien zitten ze bij de hoge tonen dichter op mekaar.Wil men genoeg ruimte hebben voor dikke vingers, dan moeten de uiteinden mekaar overlappen. De bouwer tekent een plan van deze rij toetsen:

De toetsen worden met de figuurzaag ruwweg uitgezaagd volgens de tekening...

...Vervolgens wordt de stok bijgewerkt. Een bovenfrees zorgt ervoor dat beide kanten mooi evenwijdig zijn. Hiervoor worden de tangenten op een werkvlak vastgezet met twee vijsjes. De stukjes hout met de gaatjes worden later weggezaagd wanneer we de tangenten op juiste lengte zetten.

Afwerking met de hand zodat de stokken netjes in de gaatjes van de tangentenkast passen.  Op de foto liggen de toetsen geschraagd in de gaatjes omdat de uiteinden nog niet afgewerkt zijn.

Tenslotte worden de uiteinden van de diatonische toetsen op vorm gezet met een bandschuurmachine. Op de volgende foto zie je dat de bouwer gekozen heeft voor afgeronde toetsuiteinden (eerste 3 toetsen).

Bij het spelen heeft de vorm van de toets belang. Iedere speler heeft zo zijn voorkeur. Met rechte hoeken riskeren de vingers te blijven haperen. Een afgeronde vorm helpt de vingers over de toetsen te glijden. Maar te erg afgeronde toetsen kunnen het spel onnauwkeurig maken omdat de weg die de vinger aflegt om een toets in te drukken beïnvloed wordt door de plaats waar de vinger de toets raakt. (geef aub uw commentaar over dit onderwerp).

 

En  tenslotte worden de stokken nog op lengte gezaagd. Onderstaande foto toont twee rijen tangenten nog zonder de “sautereaux” of vlagje.

Volgende stap: schuren en vernissen.

.

Volgende pagina

Volgende pagina


.