Het deksel van de tangentenkast: dit onderdeel is, net als de randinleg en het gebeeldhouwd kopke, een  van de delen die een draailier mooi maken. Functioneel is het vooral belangrijk dat het deksel mooi glad is, zodat de hand er onbelemmerd overeen kan glijden. Dikwijls krijgt het deksel een versiering mee

We kennen onze bouwer reeds zo: hij kiest niet voor de gemakkelijkste oplossing. De basis is een plaatje ebbenhout van enkele mm dik, waar eenzelfde randversiering rond komt als gebruikt werd bij de randinleg van de klankkast. Dit wordt op een plaatje esdoorn gelijmd. Op de  foto zie je hoe de rand met tape vastgezet wordt voor het gelijmd wordt.

Als dit klaar is wordt het deksel klaargemaakt voor het inlegwerk.Johan koos een bloemmotief dat hij kopieëerde van een art nouveau broche en op het deksel overbracht

Dezelfde tekening wordt ook op plaatjes parelmoer aangebracht, en met de figuurzaag uitgezaagd:

Als de figuren in parelmoer uitgezaagd zijn, wordt het motief met de Dremel in het deksel uitgefreesd:

(Oei, vergeten de hond te verhuizen alvorens te beginnen schaven. Maar zolang het geen voedsel is beweegt dat beest zich niet)

.

Tenslotte worden de stukjes parelmoer in het deksel ingelegd:

Wat denk je van het resultaat? (uw commentaar a.u.b.)

Nu komen er nog zijkanten in esdoorn aan het deksel :

Merk op dat langs het eind dat langs het wiel komt, het deksel open blijft, aan het andere eind komt een balkje dat een kogelslotje bevat. Zo kan het deksel trillingsvrij gesloten worden.

Zover zijn we reeds:

 

Volgende stap: de wielbescherming.

vorige pagina

volgende pagina


.